20140320 - Dagboek Omadien

Donderdag 20 maart 2014

11.25
Bart ziet me door het raam aankomen en rent direct naar de gang, even terug om gedag te zeggen baas, dan naar buiten Voor het raam gaat Bart nog even uitgebreid zwaaien: "daaag - daag", peuters zwaaien terug: daag Bart. In de auto kletsen: "mijn soene zijn vol zand, moet je soon make op balkon (goed dat je 't zegt), whom moet je stoppe? (fietsers op rotonde), wat is huttonde? (uitleggen), whom moet je wee stoppe? (uitleggen voorrang voetgangers op zebra), whom lope die daa? Motosiets innet fietserrrek, zag je dat oma (nee ik moet op de weg letten), ik zag het wew! Whom staan we stil? (stoplicht rood, dat zie je toch wel?), whom rrrijde die auto's wew? (hun stoplicht is groen, die mogen doorrijden, wij niet), andes gaan we botse (precies)". Thuis op balkon schoenen uitkloppen en naar binnen, ga maar vast je jas uitdoen, Bart rent naar de kamer. Als ik binnenkom staat hij nog met z'n jas aan maar wel met de koekdoos in z'n handen en grijnst me vriendelijk toe. Nee, we gaan eerst brood smeren en eten Bart. Tijdens eten begint MM, Bart leeft mee, roept en wijst. Brood en yogho op en opruimen, Bart gooit afval in de vuilnisbak op balkon, dan "poes aaie, jou poes is zacht". Poes komt mand uit en geeft kopjes: "poes seeft kopjes oma, aaie van kop naa staat". Dan haalt baasje emmer uit de kast: "oma wil je efe dese bladde (dienbladen) pakke?" en hij verstopt zich in de kast. Poes komt nieuwsgierig kijken en snuffelt aan z'n been, Bart giechelt. Terug naar de kamer: "ik wiw nieuwe boekje lese", pakt 'Tip wil een broertje' uit de kast, samen lezen op de bank. Uit, "nog een", da's de laatste Bart, dan is het tijd om te slapen, hij pakt 'Tip in de sneeuw'. Schone luier, hé, je hebt geplast in je luier net als een baby, hij is het roerend met me eens: "jaaa bebies plasse inne luie". Mijn hint maakt dus totaal geen indruk, volgende keer iets anders verzinnen. Pop en hond pakken, boven kruipt hij lekker onder z'n dekbed en doet muziekje aan, lekker slapen mannetje. Ik hoor muziekje nog een paar keer.

13.15
Stil.

15.50
Ik loop de trap op, halverwege ruik ik een bekende walm, oei! Bart ligt grijnzend in z'n bed, heb je in je luier gepoept? "Ja, nou kan ik niet zitte, en ook niet aanklede", precies, "alleen een beetje", bloes en sokken aan. Waarom heb je me niet geroepen? Dan had je op de wc een poepie kunnen doen, "ik wou in mijn luie", jammer hoor, nou kan je poepie niet zwemmen, nou moet die in de vuilnisemmer. Bart hoort het onverstoorbaar aan en gaat uit bed even voor het raam staan: "is lekke zonnetje, kijk maa doo het rrraampje, kan ik lekke naa buite met jou". Beneden op de bank verschonen: "als ik op potje heb gepoept kijg ik een stikke, en dan een kadootje". Als je hier op het potje poept, krijg je ook een kadootje, "waa is jou kadootje dan?" (Bart wil graag boter bij de vis), dat ga ik nog kopen, dan krijg je een kruiwagen. "Ik heb pijn aan mijn bille", ja dat komt ervan als je in je luier poept, je had even je muziekje aan moeten doen dan was ik je komen halen, "dat wou ik niet". Boel opruimen en wat sap drinken, dan naar Hofstede. In de auto: "kijk es oma, je haarrre wappe (raampje staat open)". In de winkel eerst natuurlijk alle beesten bekijken: "oma kijk es!!! oma kom es!!!! oma kom es kijke!!!". Dan tuinmest halen, Bart klemt zich aan de zijkant van de kar vast en zo rijden we de winkel door. Zware zak gooi ik in de kar, 2 dozen doet Bart: "ik ben sterrrk". Bij de auto inladen: "ik kan jou helpe, ik ben sterk!", dan naar huis.

17.15
We gaan de voortuin in, "maa daa rrrijde auto's", niet in de tuin en ik doe een hek voor de brug. Voordeur open, hek neerzetten en Bart gaat op verkenning, loopt door de tuin, kijkt naar verkeer op de weg, plukt madeliefjes en dropt die 1 voor 1 op het kleed in de hal, prikt zich aan een rozentak: "au die stok doet pijn", ja dat zijn prikstokken, zitten allemaal stekels aan, kijk maar, daar kun je niet mee spelen. Bart bekijkt z'n 'wond' nog even en gaat weer bloemen plukken. Mest gestrooid, dan naar de achtertuin, ik ga mos behandelen, "ik kan jou helpe oma", nee hier mag je niet aankomen, da's gif, Bart drinkt sap en nog wat water op, en gaat spelen.

17.30
Papa is er, we gaan naar binnen waar papa even wat drinkt en dan riemen van het autostoeltje gaat verstellen. Bart pakt direkt z'n gereedschap en gaat helpen, praat met een 'zware' Bok-de-bouwer stem. Klaar, spullen inpakken, jassen aan.

18.10
Op de fiets naar huis.